Sint Christoffel van Lycië
Degenen die soldaten van de tempel zijn, zijn van God.

± 200 - 303
Sint Christoffel is de patroonheilige van de reizigers en handelaren.

Russische icoon met Reprobus (Christoffel) en een heilige bisschop.
Deze vind je nog altijd terug in Oosters-Orthodoxe kerken.

Russische icoon met Reprobus (Christoffel) en een heilige bisschop.
Deze vind je nog altijd terug in Oosters-Orthodoxe kerken.
Sint Christoffel van Lycië
Sint Christoffel is de patroonheilige van de reizgers en handelaren.
Veel mensen kennen het verhaal van de reus Christoffel die Christus over het water draagt. Dat is de Christoffel die 8 meter hoog imposant op een muurschildering staat in de Grote Kerk van Breda. In de middeleeuwen kon het niet groot en imposant genoeg zijn.
Maar wie is die Christoffel nu eigenlijk?
Hij zou een martelaar zijn, die door de Romeinen zou zijn gedood voor zijn geloof. Maar eigenlijk kunnen we niet eenduidig 1 persoon aanwijzen.
Het ging niet om 1, maar om 3 martelaren. Een vond de dood in 250 in Antakya Turkije. De andere 2 in het jaar 303. Waarvan 1 ook in Antakya en de andere in Izmit (ook Turkije).
Daarnaast is er het verhaal van een kanibaal met een hondenhoofd.
Zijn naam was Reprobus.
Maar hoe kan Reprobus, Christoffel zijn?
Nu, hij zal het heus geen persoon zijn geweest met een hondenhoofd. En hij zal ook vast geen mensen hebben gegeten.
We weten dat de Grieken en Romeinen de naam Rebrobus gebruiken voor “niet beschaafde” volkeren met scheldnamen zoals barbaren, hondskoppigen en kanibalen. Reprobus is een Latijns word voor minderwaardige, schurk. Dus geen persoonsnaam.
Het Latijnse word voor hondskoppige was Canineus, met een i. In de middeleuwen dachten ze toen: het zal wel met een A zijn. Daaruit leidden ze dan weer af dat het iemand was uit het land van Kanaän. Waarvan in de bijbel staat dat daar reuzen wonen. Dus zo kreeg onze huidige Christoffel weer terug een mensenhoofd en werd een reus. Ook de tulband en zijn klederdracht is afkomstig uit de streek waarin Kanaän ligt.

Nu was Christofel in het begin niet echt zo’n lieverdje. Hij was een reus en dus sterker dan de gewone mensen. Zo werd hij baas van een roversbende. Tot hij merkte dat mensen bang van hem waren en dat dingen verkeerd uitpakte.
Dat was voor hem de rede dat hij iemand wilde dienen die sterker en machtiger was dan hem. Maar wie was nu sterker en machtiger als een reus? Daarop ging hij naar een machtige koning, maar die moest luisteren naar de keizer. Eenmaal lijfwacht van de keizer, zag hij dat de keizer bang was voor de duivel, dus was de duivel weer machtiger.
Zo maakte hij weer een carriereswitch naar de duivel. Ze reden samen op zwarte paarden en maakte iedereen bang. Totdat ze een kruis tegenkwamen, de duivel vluchtte. Jezus was dus nog machtiger.
Dan maar op zoek naar Jezus. Maar waar begin je met zoeken? Hij vroeg het gewoon aan iedereen die hij maar tegenkwam. Tot hij bij een kluizenaar kwam, die zei: “Die leeft niet meer, maar je kan hem wel dienen. Bouw bij die rivier een hut voor jezelf. En zet Pelgrims en reizigers over, die over willen steken. Gebruik je sterke schouders maar, die je van Hem hebt gekregen.” Dat deed Christoffel, jaar in, jaar uit zette hij mensen over en weer.
Een van zijn “pasagiers” is een leerling van Jezus. Hij liet zich door hem bekeren en dopen in de rivier. Hij gaf hem de naam Christophoros.
Komt uit het Grieks: Χριστόφορος (Christóphoros of Christóforos). Het wordt gevormd uit de woordelementen Χριστός (Christós, ‘Christus’) en φέρειν (phérein, ‘dragen’), ofwel: hij die Christus (in zijn hart) draagt. Zo komen we aan de meer modernere naam: Christoffel.
Later draagt de reus een kind naar de overkant. Het water wordt steeds wilder en wilder, het kind wordt zwaarder en zwaarder en Christoffel verdinkt bijna. Hij zei: “kind, dit was heel gevaarlijk, het lijkt wel of ik de hele wereld moest dragen.” Waarop het kind zei: “Je had niet alleen de hele wereld op je schouders, maar ook Hem die haar gemaakt heeft. Ik ben Christus, uw Koning, die gij door dit werk dient.”
Zo wordt Christoffel de patroonheilige van de reizigers.

Op latere leeftijd bezoekt Christoffel Lycië, wat nu in Turkije ligt. Daar troostte hij Christenen die de marteldood zouden sterven. ook bekeerde hij vele mensen.
Hij werd naar de koning gebracht, maar weigerde voor diens heidense goden bidden en te offeren. De koning probeerde hem over te halen met weelde, luxe, rijkdom en vrouwen. Maar hij bleef weigeren, hij bekeerde juist de vrouwen naar het Christendom. Daarop werd de koning woedend en beval hem te doden. Vele podingen mislukte, uiteindelijk stierf ook Christoffel de marteldood door onthoofding.
Het Kontakion in de Vierde Toon (hymne) luidt:
Gij, die angstaanjagend waart zowel in kracht als in gelaat, ter wille van uw Schepper hebt Gij u gewillig overgegeven aan hen die u zochten; want Gij hebt zowel hen als de vrouwen overreden, die in u het vuur van de lust wilden opwekken, en zij volgden u op het pad van het martelaarschap. En in kwellingen hebt gij moedig gebleken. Daarom hebben wij u verworven als onze grote beschermer, o grote Christoffel.
Een andere verklaring voor de kanibaal met hondenkop is te vinden in een hagiografisch verhaal (= een biografie van een Heilge of een kerkelijke dienaar). Hierin lezen we over een man die Reprebus of Reprobus heet. Hij werd gevangen genomen door de Romeinen die in Cyrenaica vochten, in het westen van Egypte. Hij werd ingelijfd bij de eenheid van het romeinse leger: numerus Marmaritarum. Er werd vermeld dat hij enorm groot was en een hoofd als een hond had, ipv een hoofd van een man. Wat klopt met wat in die tijd werd aangenomen dat Marmaritae lang, sterk en schurkachtig waren.
Een Romeinse Schrijver Plinius de Oudere schrijft hierover: Cynamolgi cynocephali zijn Ethiopische mannen met hoofden van honden.
Later werd de eenheid naar het Syrische Antiochië overgebracht. Waar bisschop Peter van Attalia hem doopte en waar hij later de marteldood stierf.

Terug naar ons schilderij.
Christoffel draagt op zijn hoofd een grote grijze tulband. Verder is hij gekleed in een grote rode mantel, die aan de binnenkant groen gevoerd is. Daaronder heft hij een geel onderkleed met een blauwe kraag. Lekker bont zullen we maar zeggen. Het onderkleed wordt met riemen bijelkaar gehouden. Allemaal typische dracht voor het Midden Oosten – de streek van Kanaän – uit die tijd.
Vaak – zo ook hier- tilt hij zijn mantel op (of gedrappeerd over zijn schouder). Ook heeft hij een staf, of een lange stok voor stabiliteit in het water.
Op zijn schouder het Christuskind, uiteraard in een rode mantel. Zijn rechterhand is opgeheven, een teken dat hij spreekt. In zijn linkerhand draagt Hij de de Rijksappel met daarboven een rood kruis, die stelt de wereld voor. De persoon die het object in zijn hand heeft, Jezus dus, die bezit, de wereld, stelt dus een vorst voor. Het is dan ook een van de regalia stukken.
Op “onze” schildering zie je vissen en dolfijnen in het water. Rechts zie je de kluizenaar knielen voor een kapelltje. Hij draagt een grijsbruine pij en een geelgrijze hoofddoek. Ook houdt hij een lantaarn vast: zo is hij een lichtbaken voor Christoffel.
Je kan ook nog een zeemeermin zien, zij staat voor de verleiding.
Chistoffel is ook 1 van de 14 Noodhelpers
De 14 Noodhelpers
Ook bekend onder de naam: de 14 Heilige helpers.
Ze worden als hulp aanbeden bij allerhande ziektes en kwalen. Zowel individueel als, als groep.
Als men een afbeelding van een Noodhelper had gezien: zou je die dag geen onvoorziene dood sterven. Dat wil zeggen: dood zonder de ontvangst van de Heilige Sacrementen.

Ingekleurde houtsnede uit 1423

De 14 heiligen zijn:
- Achatius, martelaar, aangeroepen tegen hoofdpijn
- Barbara, maagd en martelares, aangeroepen tegen koorts
- Blasius, bisschop en martelaar, aangeroepen tegen keelpijn
- Catharina, maagd en martelares, aangeroepen tegen de pest
- Christoffel, martelaar, aangeroepen tegen de pest
- Cyriacus, diaken en martelaar, aangeroepen tegen bekoringen op het sterfbed
- Dionysius, bisschop en martelaar, aangeroepen tegen hoofdpijn
- Egidius, kluizenaar en abt, aangeroepen tegen plagen
- Erasmus van Formiae, bisschop en martelaar, aangeroepen tegen maag- en darmklachten, ook bekend als Sint-Elmo
- Eustachius, martelaar, aangeroepen tegen familiale meningsverschillen
- Joris, soldaat martelaar, aangeroepen tegen ziekten van huisdieren
- Margaretha, maagd en martelares, aangeroepen bij zwangerschap
- Pantaleon, bisschop en martelaar, patroonheilige van artsen
- Vitus, martelaar, aangeroepen tegen epilepsie
Afbeeldingen van de Heiligen warden vaak op houtsnedes mee op reis genomen. Hedendaags doet men dat met magneetjes en/of sleutelhangers. In een kerk was dat met een groot beeld of een groot schilderij/ muurschildering.
De plaats is bijna altijd vlak bij de uitgang. Op die wijze kon het niet missen om de Heilige te zien.
geïnteresseerd?
Wil je meer weten over onze orde? Neem dan gerust contact met ons op via het contactformulier of bekijk onze andere pagina’s via het menubar.